Op woensdag 14 juli is er door het Algemeen Dagblad een artikel geplaatst over de opvang en behandeling van ernstig gewonde patiënten Het bestuur van de Nederlandse Vereniging voor Traumachirurgie heeft de behoefte om hierop te reageren.
Letsels door ongevallen komen veel voor in Nederland en vormen daardoor een grote maatschappelijke belasting Landelijk bestaat er een regionale opvang van trauma patiënten gebaseerd op de inschatting van de ernst van het letsel De verdeling van ernstig gewonde patiënten over de ziekenhuizen gebeurt door de meldkamer en de ambulance. De bedoeling is dat de zwaarst gewonde patiënten in een traumacentrum terecht komen. Letselernst is op de plaats van het ongeval soms moeilijk in te schatten. Dat wordt ook in het artikel belicht. Als patiënten achteraf in het ziekenhuis ernstiger gewond blijken is minder duidelijk of ze nog gebaat zijn bij transport naar een traumacentrum. Dat verschilt per patiënt.
De behandeluitkomsten van trauma patiënten zijn de laatste decennia in Nederland sterk verbeterd. Dit wordt in het artikel helaas niet genoemd en daardoor ontstaat er een onvolledig beeld. Ongevalsslachtoffers hebben een veel kleinere kans op overlijden en blijvend letsel na de invoering van de traumaregio’s. Dat kan in sommige regio’s tegenwoordig wel oplopen tot de helft minder sterfte. Bovendien is de kans op overleving van een traumapatiënt in Nederland vergeleken met veel andere landen vergelijkbaar of beter. Dat is niet alleen te danken aan de inspanningen van de traumachirurgen, maar ook aan de inzet van de vele mensen die betrokken zijn bij de rest van de keten. Onze resultaten worden gespiegeld aan buitenlandse centra, want daar kunnen we van leren. Belangrijk is wel om oog te hebben voor de verschillen de omstandigheden tussen landen In de Verenigde Staten is er bijvoorbeeld frequenter sprake van penetrerend letsel (door schotwonden) en is er vaak een veel grotere afstand naar het ziekenhuis.
De Nederlandse Vereniging voor Traumachirurgie spant zich in om de zorg voor trauma patiënten voortdurend te verbeteren. Dat doet zij onder andere door eisen te stellen aan ziekenhuizen voor de behandeling van patiënten Deze zogenaamde levelcriteria worden regelmatig verbeterd en aan de laatste stand van de wetenschap aangepast. De versie die nu in het nieuws besproken wordt is anderhalf jaar geleden vastgesteld Het implementeren van deze criteria is een zaak van gemeenschappelijke aanpak en vereist daarom tijd en geduld. Dat kan niet onmiddellijk het gewenste resultaat opleveren.
Concluderend is de zorg voor ongevalspatiënten in Nederland goed én wordt er door alle betrokkenen continu gewerkt aan verbetering.
Namens het bestuur van de NVT,
Mike Hogervorst, voorzitter