Condylaire humerusfractuur (supra- en transcondyliar)
Traumamechanisme
Val op elleboog of val op uitgestrekte hand met hyperextensie elleboog.
Klinische presentatie
Pijn en afwijkende stand elleboog, zwelling, functio laesa, cave huidbedreiging en neurovasculaire letsels.
Aanvullend onderzoek
X elleboog AP en lateraal, eventueel aanvullend een CT.
Classificatie volgens AO Type 13
Conservatieve behandeling
Indicatie: Zelden, eigenlijk alleen bij niet-gedisloceerde fracturen (A1) of > 60 jaar met sterk osteoporotische botstructuur en/of verbrijzeld condylmassief.
Therapie: Sling, bovenarmgips max 2 weken gevolgd door functionele brace voor 4-6 weken indien mogelijk.
Nabehandeling en controles:
- 1 week:
- X
- 6-8 weken:
- X en oefenen
- 12 weken:
- X, functie
Complicaties: bewegingsbeperking elleboogsgewricht, artrose elleboog of varus deformiteit, compartimentsyndroom, Nonunion, chronische pijn.
Operatieve behandeling
Indicatie: vrijwel altijd, in ieder geval alle gedisloceerde fracturen.
Doel: anatomische reductie, vroege mobilisatie (< 3 weken) en streven naar een oefenstabiele situatie.
Therapie: osteosynthese.
Nabehandeling en controles: onbelast oefenen, indien mogelijk.
- 1 week:
- X, eventueel geleid actief oefenen, CPM
- 2 weken:
- hechtingen verwijderen
- 6 weken:
- X, functie, geleid actief oefenen
- 12 weken:
- eventueel X, functie
Complicaties: compartiment syndroom, infectie, bewegingsbeperking elleboogsgewricht, na een half jaar overweeg dan open release, letsel n. radialis en n. ulnaris non- of malunion of valgus deformiteit.
Vaak functieverlies bij ouderen, dan eventueel secundair een elleboogprothese. Uitzonderlijk wordt bij de geriatrische patiëntengroep een primaire prothese overwogen.