Het ijs is gedooid en de breuken zijn hersteld: ruim 6.000 operaties in verband met botbreuken door gladheid, nog meer dan aanvankelijk voorspeld.
In de week van 7 tot en met 14 februari was Nederland in de greep van het winterse weer. Het begon met sneeuw en vorst en eindigde in een spectaculair oudhollands weekend met natuurijs. Door de gladheid op de stoep en straat en het schaatsen op het natuurijs, kwam er een stortvloed van ongevallen binnen bij de ziekenhuizen van Nederland. Op 15 februari jongstleden publiceerde de Nederlandse Vereniging voor Traumachirurgie (NVT) al een landelijke inventarisatie van de SEH bezoeken in de ijsweek en spoedoperaties in het “schaatsweekend”.
Veel botbreuken konden (tijdelijk) worden behandeld met een gipsverband, maar ook veel moesten worden geopereerd. In het betreffende schaatsweekend waren al ongeveer 1.000 mensen met spoed geopereerd aan gebroken heupen en andere botbreuken. Nu het ijs gedooid is, wordt het stilaan duidelijk hoeveel patiënten er uiteindelijk in de Nederlandse ziekenhuizen een operatie nodig hebben gehad.
Een ronde langs 23 representatieve ziekenhuizen leert dat in de 3 weken na de ijsweek (12 februari t/m 5 maart) er gemiddeld 88 botbreuken per ziekenhuis geopereerd zijn. Als dit voor alle Nederlandse ziekenhuizen zou gelden, komt dit neer op ruim 6.000 operaties ten gevolge van de gladheid. Dit bleek beduidend meer dan direct na het ‘schaatsweekend’ voorspeld. Dit is bovendien 2-3x zo veel als normaal gesproken in deze periode. Sommige ziekenhuizen in waterrijke gebieden kregen meer dan 100 botbreuk operaties te verwerken, waarbij 1 ziekenhuis zelfs 188 operaties heeft moeten uitvoeren. Vrijwel alle geïnterviewde ziekenhuizen hebben extra operatieprogramma’s moeten openen om deze hoos aan breuken te kunnen behandelen.
De geopereerde botbreuken waren divers maar betroffen met name polsbreuken, heupbreuken en onderbeenbreuken. Het viel op dat het vaak complexe breuken betrof, waarschijnlijk door de hoge snelheid waarmee schaatsers op het ijs ten val gekomen zijn. Enkele ziekenhuizen maakten zelfs melding van ernstige buikletsels.
De Nederlandse traumachirurgen hebben alles in het werk gesteld om blijvende gezondheidsschade zoveel mogelijk te voorkomen. Ondanks beperkingen door de coronacrisis kon iedereen op de juiste wijze behandeld worden. Daarbij zijn we enorm geholpen door de inzet en flexibiliteit van orthopedisch chirurgen, gipsverbandmeesters, spoedeisend hulp artsen en -verpleegkundigen en ziekenhuismedewerkers.
De NVT bekijkt nu hoe de behandeling van de letsels heeft plaatsgevonden en of de ziekenhuizen daar in de toekomst nog beter op in kunnen spelen. Voor schaatsers geldt dat door goede voorbereiding en preventie in komende gladde winters veel letsel voorkomen kan worden. Hierbij kan gedacht worden aan schaatstraining op een ijsbaan en schaatsen met polsbeschermers of een helm.
Voor meer informatie:
Mike Hogervorst, voorzitter Nederlandse Vereniging voor Traumachirurgie