Traumachirurgen: toename ernstig letsel door vuurwerk

Amsterdam, 2 januari 2017

 

Traumachirurgen hebben deze jaarwisseling wederom veel patiënten gezien met letsels ten gevolge van vuurwerk. Opvallend is dat de verwondingen dit jaar ernstiger zijn dan voorgaande jaren. Bij 3 patiënten is er zelfs sprake van een levensbedreigend letsel.

De Nederlandse Vereniging voor Traumachirurgie (NVT) heeft dit jaar ruim zeventig patiënten met vuurwerkverwondingen gerapporteerd, waarvan 33 kinderen. Het totaal aantal gerapporteerde slachtoffers is minder dan afgelopen jaar (72 versus 102), maar de verwondingen zijn dit jaar wel opvallend ernstiger. Het gaat hier met name om amputaties en open botbreuken, ernstige brandwonden en scheurwonden,  maar ook om zwaar aangezichtsletsel en een paar patiënten met ernstig schedelhersenletsel. De meest ernstige patiënten zijn gevallen door ongelukken met carbid schieten of illegaal knalvuurwerk.

Bij 30% van de vuurwerkslachtoffers moesten de patiënten diezelfde nacht of de volgende dag nog geopereerd worden. Bij 30% is er waarschijnlijk sprake van blijvende schade, waarbij het gaat het met name om amputaties, blijvend functieverlies van handen of ogen en permanente littekens. Van deze blijvende letsels gaat het net als vorig jaar in bijna 35% van de gevallen om kinderen jonger dan 16 jaar.

In 20% van alle vuurwerkverwondingen gaat het om illegaal vuurwerk en in 55% om legaal. In 25% van de gevallen was het onbekend.

Veruit de meeste slachtoffers kwamen op 1 januari na middernacht. Een klein percentage (18%) kwam op 31 december vóór 18:00, het tijdstip waarop er officieel gestart mag worden met het afsteken.

Verder valt op dat 60% van de slachtoffers het vuurwerk zelf heeft afgestoken en dat bijna de helft van de slachtoffers 16 jaar of jonger is.